Je kent het wel. Van die situaties waarin je denkt “Ga alsjeblieft even uit mijn personal space…” In de kroeg, in de metro of gewoon bij die collega die altijd net iets te dichtbij komt. Het kunnen bewaken van je persoonlijke ruimte en het nemen van voldoende afstand tot andere mensen zijn belangrijke factoren in sociaal contact. Dit artikel doet er onderzoek naar bij psychose en maakt daarvoor gebruik van Virtual Reality.

Persoonlijke ruimte of interpersoonlijke afstand is de afstand die we innemen ten opzichte van mensen in onze omgeving. Bij iedereen veroorzaakt inbreuk in je persoonlijke ruimte ongemak. Maar niet voor iedereen en in alle situaties is de gewenste interpersoonlijke afstand hetzelfde. Dit maakt het tot een dynamisch concept dat beïnvloed wordt door verschillende factoren, die zowel te maken hebben met de persoon als met zijn of haar omgeving. Het is bijvoorbeeld bekend dat we onze persoonlijke ruimte vergroten als we onszelf bedreigd voelen, terwijl hij juist wordt verkleind als we met bekenden zijn. Verder wordt de grootte van onze persoonlijke ruimte beïnvloed door culturele normen, leeftijd, geslacht en psychopathologie.

Laboratoriumonderzoek heeft aangetoond dat mensen met een psychotische stoornis behoefte hebben aan een grotere interpersoonlijke afstand dan mensen zonder psychose. De auteurs van dit artikel vragen zich af of dit ook het geval is een meer ecologisch valide onderzoekssituatie (in Virtual Reality kunnen sociale situaties steeds geloofwaardiger worden nagebouwd) en of de behoefte aan interpersoonlijke afstand samenhangt met stressoren in de omgeving. Stressoren in de omgeving waren de etniciteit en de mate van vijandigheid van de avatars en de drukte in de omgeving. Door te variëren met deze stressoren beïnvloedden de onderzoekers het niveau van omgevingsstress. Dat deden ze bij vier groepen mensen met een verschillende mate van psychosegevoeligheid: met een psychotische stoornis, met een UHR-status, broers en zussen van mensen met een psychotische stoornis (die een verhoogd risico op het ontwikkelen van een psychose hebben) en gezonde controles.

Deelnemers aan het onderzoek bezochten vijf virtuele cafés die verschilden op het gebied van de etniciteit en vijandigheid van de bezoekers. Ook verschilde het per café hoe druk het er was. Uit de resultaten bleek dat alle groepen grotere interpersoonlijke afstand hielden als één van de stressoren aanwezig was (bijvoorbeeld als het café heel vol is, je binnen het café een etnische minderheid bent of andere bezoekers vijandig zijn). Opvallend is dat er geen verschillen werden gevonden tussen de vier onderzoeksgroepen. Met andere woorden: de mate van psychosegevoeligheid van de deelnemers beïnvloedde hun reactie op sociale stressoren niet als het gaat om interpersoonlijke afstand. Interpersoonlijke afstand werd -in alle groepen- wel beïnvloed door het gerapporteerde stressniveau en de (vooraf gemeten) mate van sociale angst.

De belangrijkste conclusie van de onderzoekers is dat de regulatie van interpersoonlijke afstand in reactie op algemene sociale stressoren niet is aangetast in mensen met een UHR-status of een psychotische stoornis. Ook zij variëren de afstand, net als anderen. Sociale stress in de omgeving triggert grotere interpersoonlijke afstand bij mensen met en zonder psychosegevoeligheid en bij iedereen wordt de behoefte aan persoonlijke ruimte groter onder invloed van stress en sociale angst.


een paar screenshots uit de studie

Geraets, C.N.W., van Beilen, M., Pot-Kolder, R., Counotte, J., van der Gaag, M., & Veling, W. (2017). Social environments and interpersonal distance regulation in psychosis: a virtual reality study. Schizophrenia Research (in press).

Artikel