Het is al aangetoond dat sociaal isolement een formele denkstoornis (FDS) voorspelt (Zie Nieuwsbericht van 1 november 2015 op GU site). Vervolgonderzoek naar de sociale factoren die hierop van invloed zijn kunnen helpen om (wellicht preventieve) psychologische behandelingen voor FDS te ontwikkelen. Een groep onderzoekers vroeg zich daarom af wat de samenhang is tussen sociaal isolement, theory of mind problemen en een formele denkstoornis.

Voor we verder ingaan op deze vraag, nog even een korte definitie van een formele denkstoornis. Een FDS is een heterogeen cluster van cognitieve, taal en communicatieve problemen waardoor een persoon moeilijk te volgen is in zijn verhaal. Dit kan bijvoorbeeld de vorm hebben van tangentiële spraak (antwoorden geven die vaag met het onderwerp te maken hebben) of incoherente spraak (allerlei woorden zonder enig verband door elkaar gooien) hebben. FDS komt vaak voor bij mensen met een psychose. Ze zijn soms chronisch, hangen samen met een slechter functioneren op gebied van werk en sociale contacten, een lagere kwaliteit van leven, en beïnvloeden de therapeutische relatie negatief. Ook zijn ze een voorspeller voor psychose in hoog-risico groepen. Een interessante bevinding is dat mensen met FDS deze wel bij anderen, maar niet bij zichzelf kunnen herkennen. Een mogelijke verklaring is dat patiënten met FDS een verstoorde theory of mind (ToM) hebben. Daarnaast heeft eerder onderzoek ook aangetoond dat er een sterke samenhang is tussen FDS en sociaal isolement.

Een Britse onderzoeksgroep combineerde daarom beide veronderstelde relaties in een mediatiemodel, dat wil zeggen een model waarin theorie of mind problemen de relatie verklaren tussen sociaal isolement en formele denkstoornissen. Hierbij werd gecontroleerd voor comorbide klachten (negatieve symptomen, wanen, achterdocht, en hallucinaties). Men onderzocht dat model bij 68 patiënten (overwegend blanke Britten) met een psychose spectrum diagnose. Er werden metingen verricht naar psychotische symptomen, sociaal isolement, FDS, en twee testen om ToM te onderzoeken: (1) de ‘lees-de-ogen-test’ waarbij de participant 36 ogenparen aangeboden krijgt waarbij er aangegeven moet worden welke van de vier woorden het beste beschrijft wat de persoon voelt of denkt; en (2) de Hinting Task, een sociale cognitietaak die het vermogen meet om de intenties te bepalen die verscholen gaan achter indirecte verbale uitingen.

De resultaten gaven bewijs voor een positieve associatie tussen sociaal isolement en formele denkstoornis, en dit werd voor een groot deel verklaard door problemen met het mentaliserend vermogen (het bleek dan vooral te gaan om de hinting task, die vooral meet of iemand perspectief kan nemen). Het uiteindelijke model (waarin ook wanen als predictor waren meegenomen) verklaarde maar liefst 60% van de variantie van FDS.

De resultaten zijn interessant voor de klinische praktijk. Omdat sociaal isolement een robuuste voorspeller is voor FDS, is het van belang om het sociale netwerk te versterken. Daarnaast lijkt het raadzaam om aandacht te besteden aan het mentaliserend vermogen, en wellicht aan sociale vaardigheden in bredere zin.

De Sousa, P., Sellwood, W., Eldridge, A., & Bentall, R.P. (2018). The role of social isolation and social cognition in thought disorder. Psychiatry Research, 269, 56-63.

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30145302