Therapietrouw en groepsbehandeling bij psychose. Onderzoek laat zien cliënten met psychosen baat kunnen hebben bij groepsbehandeling. Dat wil zeggen, als ze naar de sessies komen. Hoe zit het met de therapietrouw? Of kunnen we beter maar niet aan groepsaanbod beginnen?

Voor alle cliëntengroepen geldt dat groepsaanbod enkele selling points heeft dat individueel aanbod mist: het is minder tijdrovend en mogelijk efficiënter (denken we vaak), het biedt sociaal contact en binding, en normaliseert door uitwisseling met lotgenoten en voorlichting – voordelen die ook bij mensen met schizofreniespectrumproblematiek bevestigd lijken te worden door (vrij spaarzaam) onderzoek.

In de praktijk wordt groepsbehandeling voor psychotische cliënten niet aangeraden in richtlijnen. Er is te weinig onderzoek, teveel onduidelijkheid of het werkt – en eigenlijk strandt om te beginnen de kwestie al bij de vraag of groepsaanbod überhaupt haalbaar is, in termen van werving, de ontvankelijkheid van cliënten voor het aanbod, therapietrouw, therapiebinding, drop out.

De onderzoekers van deze studie gingen de haalbaarheid van groepsinterventies voor mensen met psychose na, door therapietrouw te onderzoeken. Deze kennis, vonden ze, moet voorafgaan aan gerandomiseerde trials (RCT) naar de effecten van groepsbehandeling. Immers, als de therapietrouw zeer gering is, dan heeft een RCT bij voorbaat weinig zin.

In onderzoeks-databases vonden ze 52 studies over 66 therapiegroepen met 2109 deelnemers met psychose. Over de studies heen werd therapietrouw berekend, geoperationaliseerd als het percentage sessies van het totale aantal bijeenkomsten dat door deelnemers gevolgd werd. Daarnaast werd bestudeerd welke factoren bevorderend of hinderend zijn voor therapietrouw.

De gemiddelde therapietrouw was 76,4% (SD = 17,4). Dat is vergelijkbaar met de therapietrouw van andere, niet-psychotische doelgroepen in de GGZ.

De therapietrouw was beter als aanwezigheid werd beloond (geld, vervoer, of voedselbonnen). Interessant is dat ‘belonen’ (incentives) in het VK gebruikelijk is in de verslavingszorg. Maar het therapietrouw-verschil met niet-belonen is niet erg groot, en het kan problemen geven als mensen enkel voor de beloning komen.
Oudere deelnemers waren duidelijk meer therapietrouw dan jongere en dat is zeker een punt van aandacht voor wie met jonge mensen werkt, bijvoorbeeld in eerste psychose-zorg. Intensief gebruik van moderne digitale middelen kan hier misschien behulpzaam zijn (apps, sms alerts, e-health ondersteuning, aanwezigheid via videobellen, e.d.).
Allerlei varianten van vaardigheidstrainingen worden beter bezocht dan meer counselend en lichaamsgericht psychotherapeutisch werk.

Ook nuttig om te lezen is waar therapietrouw géén verband mee lijkt te hebben. Om te beginnen geslacht. Ook, hoewel gebaseerd op een beperkt aantal studies, lijkt het soort en de ernst van de psychose en diagnostische classificatie niet veel uit te maken voor therapietrouw; met uitzondering misschien van grote cognitieve problemen die de therapietrouw negatief kunnen beïnvloeden. De behandelduur en sessiefrequentie van het groepsaanbod en de groepsgrootte lijken ook geen rol te spelen.

Er valt altijd wat af te dingen op conclusies: in dit geval waren de geïncludeerde studies niet allemaal van even goede kwaliteit met ruim 60% risico op bias. Ook konden niet alle denkbare relevante factoren die therapietrouw beïnvloeden worden onderzocht, denk aan reisafstand en –kosten, of planningsproblemen (i.v.m. gezin of werk/school), Toch, de resultaten ondersteunen de haalbaarheid van groepstherapie en suggereren dat therapietrouw bij mensen met een psychose niet erg verschilt van die van mensen andere, veelvoorkomende psychische problemen.

Dit betekent dat het hebben van een psychose geen reden is om aan te nemen dat mensen een groepsmodule niet zouden (kunnen) volgen en volhouden. Hoogwaardig onderzoek naar de werkzaamheid van groepsinterventies bij deze groep is een volgende stap.

Sedgwick O, Hardy A, Newbery K, Cella M. A systematic review of adherence to group interventions in psychosis: do people attend? Psychol Med. 2021;51(5):707-715. https://doi.org/10.1017/
S0033291721000404 PMID: 33860743

Artikel