Door Helga Ising

Autisme Spectrum Stoornis (ASS) is een ontwikkelingsstoornis met sociale uitdagingen en kan ook leiden tot beperkte interesses en repetitief gedrag. Maar wist je dat er bij een deel van de mensen met ASS ook subtiele signalen voorkomen die lijken op vroege psychotische symptomen? Deze overlap tussen autisme en psychose maakt het soms bijna onmogelijk om te zien waar het ene stopt en het andere begint – vooral bij jongeren. En hier wordt het echt interessant: onderzoekers hebben een psychologisch mechanisme ontdekt dat deze overlap mogelijk kan verklaren.

Het mechanisme heet ‘aberrante saillantie (AS)’ en zorgt ervoor dat irrelevante prikkels plotseling betekenisvol en soms zelfs dreigend aanvoelen. Dit kan zich uiten in sterkere zintuiglijke waarnemingen, het gevoel dat een ‘grote ontdekking’ eraan komt, verhoogde spanning of een stroom aan intensieve gedachten. Dit mechanisme speelt een centrale rol in het ontstaan van psychotische ervaringen zoals wanen en hallucinaties. AS kan worden onderverdeeld in vijf onderdelen:

  • (1) ‘Feelings of increased significance’ – het gevoel dat onschuldige prikkels ineens ontzettend belangrijk zijn
  • (2) ‘sharpening of senses’ – een verhoogde zintuiglijke scherpte, bijvoorbeeld een sterker gehoor
  • (3) ‘impending understanding’ – het gevoel dat je op het punt staat een diepgaand inzicht te krijgen
  • (4) ‘heightened emotionality’ – verhoogde angst of emotionele opwinding bij alledaagse prikkels
  • (5) ‘heightened cognition’ – intense denkprocessen, vaak met het gevoel betrokken te zijn bij verborgen betekenissen.

Het doel: beter begrijpen hoe ASS en psychosespectrumstoornissen overlappen en waarin ze verschillen. De resultaten zouden wel eens een eerste verklaring kunnen geven waarom sommige mensen met autisme gevoeliger zijn voor psychotische ervaringen.

In een recente exploratieve Italiaanse studie werd onderzocht hoe vaak aberrante saillantie voorkomt bij mensen met ASS (n=23), jongeren met een verhoogd risico op psychose (UHR; n=27) en hulpzoekenden zonder psychiatrische diagnose (n=49). Alle deelnemers vulden de Aberrant Salience Inventory in, een vragenlijst die de vijf belangrijkste aspecten van AS meet. De analyse liet significante verschillen in ASI-scores zien tussen de drie groepen, waarbij de ASS-groep de hoogste scores had. Post-hoc analyses toonden dat ASS duidelijk te onderscheiden is van hulpzoekenden, wat kan wijzen op een verhoogd risico op psychotische ervaringen bij ASS. UHR en hulpzoekenden verschilden alleen op de subschalen ‘Sharpening of Senses’ en ‘Impending Understanding’. Er werden geen significante verschillen gevonden tussen ASS en UHR, wat de sterke correlatie tussen autistische kenmerken en psychose-gevoeligheid ondersteunt. Het aberrant saillantie mechanisme speelt een centrale rol in het ontstaan van psychotische ervaringen zoals wanen en hallucinaties, maar lijkt ook aan te sluiten bij bekende kenmerken van autisme, zoals sensorische overgevoeligheid en atypische informatieverwerking (wat mogelijk ook verband houdt met de hogere ASI-scores).

Deze bevindingen maken aberrante saillantie tot een interessant mechanisme voor het mogelijk vroeg herkennen van psychose-achtige processen, zeker in heterogene klinische populaties waar ASS en UHR soms moeilijk van elkaar te onderscheiden zijn. Ook opent het nieuwe perspectieven voor het diagnosticeren en behandelen van jongeren die zowel autistische kenmerken als verhoogde kwetsbaarheid voor psychose laten zien. Daarnaast lijkt AS breder relevant als indicator voor andere psychische klachten, waaronder angst en depressie. Hoewel de studie veelbelovende inzichten biedt, zijn er beperkingen: de steekproef was klein en het onderzoek was cross-sectioneel. Tegelijkertijd is het een belangrijke eerste stap, mede doordat deelnemers die antipsychotica gebruikten werden uitgesloten, waardoor medicatie geen verstorende factor vormde. Grotere, longitudinale studies zijn nodig om beter te begrijpen hoe aberrante saillantie zich ontwikkelt binnen ASS, en of deze kenmerken op termijn kunnen voorspellen wie daadwerkelijk een psychotische decompensatie doormaakt.

Fiori Nastro, F., Pelle, M., Clemente, A., Corinto, F., Prosperi Porta, D., Sonnino, Y., Gelormini, C., Di Lorenzo, G., & Ribolsi, M. (2025). Investigating aberrant salience in autism spectrum disorder and psychosis risk: A cross-group analysis. Early Intervention in Psychiatry, 19(10), e70099. Artikel