Door Janneke Ferwerda
In deze nieuwsbrief staan we stil bij een belangrijk en ook revolutionair artikel, waarin een alternatief concept wordt geïntroduceerd van psychische stoornissen. Dit nieuwe concept is ontwikkeld in samenwerking met behandelaren, ontwerpers, zorggebruikers, en onderzoekers binnen het programma Redesigning Psychiatry, dat sinds 2015 actief is in de Nederlandse GGZ. Redesigning Psychiatry streeft naar duurzame vernieuwing van de zorg, door het ontwikkelen van nieuwe modellen, verhalen, werkwijzen en technologieën (zoals o.a. apps).
De aanleiding voor een herontwerp van het concept van psychische stoornissen komt voort uit wetenschappelijke, filosofische, klinische én ethische bezwaren tegen onze huidige manier van denken en praten over psychische stoornissen en de bijbehorende diagnostische praktijk.
Diagnoses hebben voordelen: ze geven mensen toegang tot zorg en erkenning. Ook kunnen ze kennis ontsluiten omtrent welke zorg effectief kan zijn. Een nadeel is bijvoorbeeld dat ze mede gebaseerd kunnen zijn op cultureel-bepaalde normatieve aannames over wat ‘normaal’ is. Die aannames kunnen leiden tot stigmatisering en onbedoelde negatieve gevolgen. Historische voorbeelden, zoals het classificeren van homoseksualiteit als stoornis, tonen hoe misplaatst en schadelijk dit kan zijn. Een ander nadeel is dat het DSM-5 ziekte concept, zoals bv. schizofrenie, veronderstelt dat er een onderliggende dysfunctie is die de stoornis veroorzaakt (medisch model), maar hiervoor is het wetenschappelijk bewijs veelal beperkt of afwezig.
Een van de centrale, en tegelijk meest beladen en ingewikkelde vragen waar Redesigning Psychiatry zich over buigt, is: moeten we blijven vasthouden aan het medische model, waarin psychische zorg draait om het stellen van diagnoses, het zoeken naar onderliggende dysfuncties als oorzaken, en het behandelen van die dysfuncties?
Het concept dat in dit artikel wordt geïntroduceerd als alternatief voor het traditionele begrip ‘psychische stoornis’ is een problem-sustaining pattern (probleem-instandhoudend patroon). Het verwijst naar een dynamisch samenspel van biologische, psychologische en/of sociale factoren dat het dagelijks probleemoplossend vermogen voortdurend belemmert of ondermijnt.
Wat er anders is aan probleem-instandhoudende patronen in vergelijking met ons huidige systeem, is dat de focus verschuift van het labelen van stoornissen naar het begrijpen van hoe problemen in stand worden gehouden. Hierdoor wordt het bijvoorbeeld eenvoudiger om psychische klachten te zien als onderdeel van het menselijk bestaan, in plaats van als afwijkingen van een norm. Dit nieuwe perspectief erkent dat klachten vaak voortkomen uit een complex samenspel van biologische, psychologische en sociale factoren. Het doel van zorg verandert daarmee: het draait niet langer om het wegwerken van symptomen, of het begrijpen van onderliggende dysfuncties, maar om het doorbreken van patronen die problemen blijven voeden, eventueel in samenwerking met andere hulpverlenende instanties.
Dit geeft ook meer richting voor je behandelplan en bijbehorende interventies: je gaat op zoek naar de factoren die het probleem in stand houden en probeert deze te beïnvloeden.
Wetenschappelijk gezien sluit dit model beter aan bij recente inzichten uit de netwerktheorie en de complexiteitstheorie. Het erkent dat psychische problemen vaak geleidelijk ontstaan, moeilijk af te bakenen zijn en zelden terug te voeren zijn op één duidelijke oorzaak.
Toch zijn er ook nog belangrijke vragen en uitdagingen. Zo kan het lastig zijn als iemand zelf zijn gedrag niet als problematisch ervaart, terwijl er wel zorg nodig is — bijvoorbeeld bij risico op gevaar voor zichzelf of anderen. Wie bepaalt dus of er een probleem is, en kan dat zonder teveel willekeurige normativiteit? En ook: hoe kan dit model afbakenen wie wel en niet ziek zijn en wie er recht hebben op verzekerde zorg en bijvoorbeeld ziekmelding op het werk? Bovendien is het de vraag of dit model breed toepasbaar is. Hoewel het voortbouwt op bestaande methoden zoals casusformulering en netwerkanalyse, moet het nog op grotere schaal worden onderzocht en getest.
Ondanks de uitdagingen zijn de eerste toepassingen ondertussen al zichtbaar. Er worden apps en hulpmiddelen ontwikkeld die mensen helpen hun klachten als patronen te herkennen. In Nederland worden zorgstructuren aangepast aan deze nieuwe manier van denken. Het sluit bovendien aan bij andere alternatieve vormen van diagnostiek die al hoopvolle resultaten laten zien.
De auteurs van het artikel benadrukken dat hun voorstel geen sluitende definitie biedt van wat psychische problemen zijn. Het is geen eindpunt, maar een uitnodiging tot anders denken — een praktische, werkbare richting die helpt om betere zorg te bieden. Zorg die gericht is op het begrijpen en veranderen van de patronen waarin mensen vastlopen.
Wil je meer weten over nuances bij dit begrip, hoe het omgaat met begrippen als normativiteit, dysfuncties, stigma, demarcatie (is iemand ziek of niet?), dan raad ik je aan om het gehele artikel eens rustig tot je te nemen! Als je er geen toegang toe hebt, mail ons gerust.
Voerman, S. A., Strijbos, D. W., Staring, A. B., De Boer, F., Van Dijk, M., Driessen, J., … & Van den Berg, D. (2025). Problem-sustaining patterns: redesigning the concept of mental disorder. Frontiers in Psychiatry, 16, 1382915.